Afbeelding 
foto van projectoproep koning boudewijnstichting 'vroeger nadenken over later'

Vroeger nadenken over later

De Koning Boudewijnstichting steunt projecten die een dialoog tussen de generaties op gang brengen over de latere levensjaren. Autonomie, empowerment, respect voor de diversiteit staan centraal. De opleiding Psychosociale Gerontologie stelt dezelfde speerpunten voorop. De studenten hebben een methodiek ontwikkeld waarmee ze de ouderen competent kunnen begeleiden in ‘vroeger nadenken over later’ en die ook toepassen in hun professionele activiteiten met ouderen.

Ouderen krijgen de mogelijkheid om in een 1-op-1-gesprek de tijd te nemen om vooruit te blikken naar de toekomst. Vele kwetsbare ouderen ‘vergeten’ dit wel eens en blijven hangen in het heden (‘als we deze dag maar weer overleven’). Bij geriatrische ouderen leeft het gevoel dat de toekomst gelijkstaat met ‘aftellen naar het einde’. Dit hoeft niet zo te zijn. Een goed gesprek waarbij de context van de oudere en het verleden, heden en toekomst van de oudere worden besproken, laat toe dat ouderen weer meer greep krijgen op hun leven, wat hun levenskwaliteit en welbevinden bevordert.

In het practicum van de module “Biologisch verouderingsproces en zorg” werd door de studenten zowel een visietekst opgesteld op “Vroeger nadenken over later”, als een gespreksmethodiek ontwikkeld.

Volgende doelstellingen werden gerealiseerd:

  • Intergenerationeel (persoonlijk) contact bevorderen: Iedere student (gemiddelde leeftijd: 40 jaar) ging in gesprek met een oudere (gemiddelde leeftijd: 75 jaar). De studenten konden kiezen tussen twee doelgroepen: kwetsbare ouderen (ouderen die voor de overgang staan naar een residentiële setting of zorgvoorziening) of geriatrische ouderen (bevinden zich bijna uitsluitend in een residentiële setting of zorgvoorziening). Aan het einde van het gesprek werd er geëvalueerd door zowel de student als de bevraagde oudere. Werkpunten werden meegenomen naar de studentengroep. 
  • Het tot stand brengen van een dialoogcultuur met ouderen in een residentiële setting of zorgvoorziening: Het project creëerde een momentum waarin de oudere de kans kreeg om, onder professionele begeleiding, na te denken over zijn/haar toekomst binnen de residentiële setting of zorgvoorziening. De gesprekken vonden voornamelijk plaats met alleen de oudere. Vooraf nam de student steeds contact met de residentiële setting of zorgvoorziening. Zo kwam deze ook in contact met het project.
  • Het organiseren van vormings- en infomomenten m.b.t. het ‘vroeger nadenken over later’ binnen een residentiële setting of zorgvoorziening: Iedere groep studenten organiseerde minstens één vormings- en infomoment in deze residentiële setting of zorgvoorziening. Soms werd dit moment nog een tweede of derde keer herhaald op vraag van de residentiële setting of zorgvoorziening. Op deze infomomenten waren zowel professionelen als dierbaren van de oudere aanwezig.
    Studente Rita Dreelinck werkte deze methodiek verder uit in haar werkveldproject .
  • Het ontwikkelen van een methodiek om met ouderen vroeger na te denken over later: De studenten ontwikkelden vier methodieken om ouderen te informeren over en te betrekken bij belangrijke keuzes in de zorg. Twee methodieken richten zich tot de geriatrische ouderen en twee andere methodieken richten zich tot de kwetsbare ouderen. Elke groep bestond uit studenten met een verschillende vooropleiding (gezinswetenschappen, sociaal werk, ergotherapie, verpleegkunde, …), actief in verschillende sectoren (thuiszorg, lokaal bestuur, woonzorgcentra, …). De methodieken werden ontworpen om toepasbaar te zijn in verschillende situaties en vanuit een holistische visie op het ouder worden.
    Centraal in elke gespreksmethodiek staat de empowerende basishouding. Doel is dat niet de oudere zich schikt naar een vast aanbod, maar dat zorg- en dienstverleners, in dialoog met de ouderen en voortbouwend op hun kracht, zoveel en zo lang mogelijk hun autonomie bewaken en bevorderen.

Hoe de doelgroepen baat vonden bij dit project:

  • De ouderen die verblijven in een residentiële setting of zorgvoorziening. Elke ondervraagde oudere werd uitgenodigd om actief na te denken over zijn/haar (toekomstige) noden en behoeften. Tegelijkertijd werden belemmerende en bevorderende factoren in beeld gebracht in de context van de oudere (bv. op bezoek komende kinderen, de sfeer in de instelling, de kwaliteit van de contacten tussen de oudere en de professionele hulpverleners, …). De oudere werd zich op deze manier sterker bewust van zijn/haar situatie en kreeg meer mogelijkheden om hierop (indien gewenst) te anticiperen/te interveniëren.
  • De professionelen in de residentiële setting of zorgvoorziening. Weinig professionelen krijgen in hun dagelijkse werking de kans om op een rustige manier een diepgaand gesprek te voeren met ouderen. Het vormingsmoment gad hen de gelegenheid om op een onderbouwde manier een gesprek aan te gaan met de oudere en een zicht te krijgen op zijn/haar noden en/of vragen. De ontwikkelde methodieken laten deze gesprekken  makkelijker en gestructureerder verlopen.
  • De studenten. Zij ervaarden dit project als een zinvolle oefening om methodieken te ontwikkelen en in het werkveld toe te passen. Velen engageerden zich om dit project in de dagelijkse werking van hun organisatie te implementeren. Ook andere organisaties en instellingen werden aangespoord om de methodieken te implementeren.

Resultaten

Naar aanleiding van dit project kreeg de opleiding vanuit de ziekenhuissector, met name AZ Sint Niklaas, de vraag om een gastcollege te verzorgen over “Bejegening in communicatie met ouderen bij een ziekenhuisopname” (02/06/2014).

Drie studenten hebben beslist om over deze thematiek verder te werken in het kader van hun werkveldproject (Bachelorproef).  
Twee studenten werkten hun werkveldproject af in 2013-2014:

  • Rita Dreelinck: “Empoweren van WVC bewoners via een bewonersaandachtspersoon” (juni 2014)
  • Nathalie Reygaert: “Vroegtijdige zorgplanning in de woonzorgcentra. Van model tot implementatie” (sept 2014)
  • Yolande Wijckmans (jan. 2015)

Alle studenten zijn actief in het werkveld en zullen hun werkveldproject ook implementeren in hun eigen werksetting.  Rita Dreelinck werkte haar werkveldproject uit in het Armonea-WVC waar ze zelf tewerkgesteld is, en kreeg bovendien van  het management van Armonea de vraag om de methodiek te helpen implementeren in andere woonzorgcentra van Armonea.

Een project binnen de campagne "Vroeger nadenken over later" van de Koning Boudewijnstichting.

Afbeelding 
foto van projectoproep koning boudewijnstichting 'vroeger nadenken over later'
Focus 

© Kenniscentrum Gezinswetenschappen